chrisbekker.reismee.nl

Canta y no llores


Jaaahooor, ik leef nog steeds! En ik ben nog steeds niet terug in Nederland! En ik heb het nog steeds prima naar mijn zin hier! Het enige verschil is dat ik me (helaas!!) niet meer in Guadalajara bevind, zelfs niet meer in Mexico, maar ik ben de halve wereldbol overgestoken naar Chili! Afgelopen maandag was daar dan die verschrikkelijke dag waar ik al die zeven maanden geen enkel moment aan wilde denken.. Natuurlijk ging het afscheid nemen totaal niet van een leien dakje, maar daar zal ik jullie later over informeren. Nu is het eerst tijd om jullie een beetje bij te praten over wat ik de afgelopen drie maanden allemaal heb meegemaakt. Ik heb het echt ontzettend druk gehad, ben amper in Guadalajara geweest omdat ik super veel heb gereisd en fantastisch veel mooie dingen heb gezien.

Zoals jullie je misschien nog wel herinneren, schreef ik mijn vorige blog alweer begin december, vlak voordat er een reis van zo’n twintig dagen door het hele Zuid-Oosten van Mexico op het programma stond, plus een uitstapje over de grens richting Guatemala en Belize. First things first: mijn bijnaam hier is la pequeña princesa holandesa, en met mijn backpack van zo’n acht Ă  negen kilo was ik erg bang dat deze prinses het heel erg zwaar zou hebben op deze reis. En op zich kun je wel stellen dat dat ook zo is gegaan. De reis begon al helemaal top. Niet dus. We zouden eerst met de bus naar MĂ©xico DF gaan, om vervolgens door te reizen naar de eerste stop Puebla. We hadden tickets voor de bus van tien uur ’s avonds gekocht, en dus zou de taxi ons rond negen uur thuis komen ophalen. We vertrokken om kwart over negen en normaal is het zo’n half uurtje rijden naar het busstation. Die dag, twaalf december, was het echter Dag van de Maagd van Guadalupe en daarom was een deel van het centrum afgesloten, wat er voor zorgde dat we een andere weg moesten nemen. Dit was de enige weg die open was en dus waren we niet de enigen hier. Er was een super file en we gingen maar heel langzaam vooruit, terwijl de klok doortikte. Uiteindelijk was het al kwart voor tien en waren we pas op de helft. Toen we uiteindelijk op de snelweg naar het busstation aankwamen, hadden we nog maar tien minuten en daarom begon de taxichauffeur echt als een gek te rijden. Hij reed super hard en slingerde van links naar rechts, maar zorgde er uiteindelijk wel voor dat we om tien uur precies bij het busstation aankwamen. EĂ©n van mijn huisgenootjes rende snel naar de bus die gelukkig nog niet was vertrokken, terwijl de rest volgde met onze bagage. Gelukkig hadden we dus net niet de bus gemist, en na deze valse start verliep de rest van de reis een stuk beter.
We zijn achtereenvolgens naar Puebla, Oaxaca, San CristĂłbal de las Casas en Palenque geweest. Oaxaca was heel chill. Deze stad staat vooral bekend om zijn chocolade drank en, aangezien de chocolade in Guadalajara erg schaars en vooral heel duur is, viel dit bij mij heel goed in de smaak. Ander pluspunt was dat er precies op het moment dat wij er waren, er in de stad de jaarlijkse nationale Feria de chocolate werd gehouden en we hier alle dranken gratis mochten proeven. Sommige chocolates waren wel gek, aangezien dit zeer traditionele dranken waren en deze met maĂŻs werden bereid, maar over het algemeen hadden we allemaal na zo’n vijf Ă  zes chocolates ons buikje wel rond en vertrokken we weer verder naar ons hostel. Voor de rest hebben we hier naast de archeologische vindplaatsen Monte Alban en Mitla ook het spectaculaire Hierve el Agua bezocht, en gingen we met een bootje (met reddingsvest gelukkig!) door het immense Cañon del Sumidero, wat echt heel mooi en indrukwekkend was en waar we enkele enorme krokodillen hebben gespot. De volgende stop was het kleine stadje San CristĂłbal de las Casas, waar we in een heel chill en goedkoop hostel zaten met super aardige mensen en waar we vooral lekker rustig aan hebben gedaan. Vanuit daar zijn we verder gegaan naar Palenque, dat wordt gezien als Ă©Ă©n van de mooiste archeologische vindplaatsen van MĂ©xico, en daarnaast vooral bij velen zeer bekend is omdat de foto’s van deze ruĂŻnes bijna altijd als omslagfoto van reisgidsen worden gebruikt. Palenque ligt erg dicht tegen de grens van Guatemala aan en dit zorgde ervoor dat het tijdens ons bezoek ‘s ochtends echt super warm was. Daarna hebben we nog de watervallen van Misol-Ha en Agua Azul bezocht, waar mijn huisgenootjes er voor kozen om te gaan zwemmen. In Palenque sliepen we in een soort van hutten midden in het bos tussen de planten en kleine riviertjes, wat heel tof was maar ook een beetje eng toen er ineens allemaal salamanders op het plafond binnen in onze kamer zaten. Elke avond was er in het plaatselijke restaurant (met super goedkope en heerlijke pizza’s en pasta’s) een hele show met live muziek en de laatste avond hebben we hier dan ook lekker gegeten en van de muziek genoten.

En toen was het tijd om Mexico te verlaten en de grens naar Guatemala over te gaan. En wat een gedoe was dat!! Als luxe Europeaan is het voor ons heel normaal om een grens over te steken en heeft dit verder niks om handen. Hier is dat echter anders en moet je er ongeveer een uur voor uittrekken. Duizend formulieren invullen, honderd keer je paspoort en gegevens laten zien, geld wisselen, pff
 En dit moesten we vier keer doen. Nogal vermoeiend allemaal. Uiteindelijk kwamen we na een lange reis in een zeer oncomfortabel busje aan in Flores, een klein toeristisch stadje op een eilandje in Guatemala. We kwamen rond de avond aan en nadat we bij de plaatselijke feria eerst wat heerlijke lokale gerechten hadden geprobeerd, vielen we allemaal (ontzettend moe van de lange reis) bij aankomst in het hostel meteen in slaap. Maar de volgende dag sloeg het noodlot echter toe. We hadden een tour gereserveerd naar de beroemde Maya ruïnes van Tikal en zouden om half vijf ’s ochtends opgehaald worden met een busje, maar ’s nachts voelde twee huisgenootjes en ik ons totaal niet lekker, wat die nacht uiteindelijk resulteerde in een aantal keren overgeven en geregelde tripjes naar het toilet. Gelukkig konden we de tour verzetten naar de dag er na, maar wel pas nadat we die dag alle drie de hele tijd in bed hebben gelegen en af en toe toch nog eens naar de wc pot moesten rennen. Die gehele dag in bed had niet zo’n positieve invloed op onze nek en rug (het matras was echt verschrikkelijk), maar uiteindelijk wel op onze fysieke situatie. De dag er na voelden we ons allemaal beter en konden we dus om half vijf mee met de tour richting Tikal, hoewel het busje (met wat bekende Zuid-Amerikaanse vertraging) pas rond half zes kwam opdagen. Tikal bevindt zich in het oerwoud en omdat onze tour rond zeven uur begon, begon het net licht te worden en was het nog een beetje mistig, dus dat was wel heel tof. Het bezoek aan deze ruïnes was uiteindelijk best duur, maar wel heel mooi. Verder kwamen we hier bovenop een piramide toevallig wat vrienden tegen uit Guadalajara, dus dat was wel gezellig.
De dag er na stond alweer het vertrek uit Guatemala op het programma en vertrokken we richting Belize, hetzij weer echt in een super oncomfortabel busje. Een hele lange reis verder kwamen we uiteindelijk aan in Belize City, waar we de boot namen naar het eilandje Caye Caulker. En zoals velen weten ben ik totaal geen fan van het strand en de zee, maar wauw, wat was dit mooi. Witte stranden en een uitzicht over de Caribische Zee in elke richting, de hele dag zon en lekkere cocktails, het was precies zoals je het altijd in de reisgidsen ziet. Een ander pluspunt was dat bijna iedereen hier Engels sprak. Aangezien ik deze gehele periode alleen maar met mijn huisgenootjes was en amper mijn ouders en/of mijn Nederlandse vrienden sprak, spraken we 24/7 Spaans en dit was best vermoeiend. Dus ik was best wel blij toen we in Belize aankwamen en iedereen daar Engels sprak! Wel ff zo fijn om niet constant Spaans te hoeven praten. Het enige minpunt hier was dat alles wel echt ontzettend duur was, het leek bijna wel Europa. Dus wat was ik blij toen we de dag er na weer terug aankwamen in Mexico, wat had ik dit prachtige land gemist! Het was mooi om andere landen te zien en nieuwe stempels in mijn paspoort te hebben, maar het gedoe bij de frontera, de andere munteenheid wat alles echt super duur maakte, en de verschrikkelijke busritten zorgden ervoor dat ik toch weer super graag naar Mexico wilde terugkeren.

Op 24 december kwamen we dus weer aan in ons vertrouwde land en zochten we een hostel op in het kleine plaatsje Bacalar, gelegen aan een groot meer op zo’n dertig kilometer van de grens met Belize. Hier zouden we dus met de Kerst verblijven. Op zich was het wel een beetje raar om niet in Nederland te zijn met de Kerst, maar eigenlijk deed het me niet zo heel veel. Mijn Spaanse huisgenootjes waren echter allemaal echt super sip en treurig en mistten hun familie ontzettend (beetje raar dus voor mij). Op kerstavond maakten we met zijn allen een kerstdiner klaar in de keuken van het hostel en daarna vertrok ik met mijn volle buik in mijn eentje richting de plaatselijke kerk om de Nachtmis bij te wonen. Dit was best speciaal om mee te maken, aangezien het de eerste keer was dat ik niet in Nederland in de kerk zat en het was erg interessant om te zien hoe dat er hier aan toe ging. En dat was echt heel mooi! De kerk zat stampvol en er was een koor en een man met een gitaar die de hele tijd liedjes zongen. De mis leek echt op die in Nederland, ze gebruikten precies dezelfde teksten en gebeden. Het enige gekke was dat na de mis iedereen (die dat wilde) bij de pastoor langs kon gaan om het stenen beeld van kindje Jezus een kus te geven. De rij was behoorlijk lang.

Uiteindelijk hebben we nog de volgende dag nog met zijn allen een kerstdiner klaar gemaakt en daarna was het weer tijd om het rustige en stille Bacalar te verlaten. Het plan was om richting MĂ©rida te gaan, gelegen in de buurt van CancĂșn, maar alle bussen zaten al vol en dus zat er niks anders op dan het bezoek aan deze plaats over te slaan en door te reizen naar onze volgende bestemming Veracruz. Ik weet niet of jullie bekend zijn met de Mexicaanse topografie, maar voor wie het niet weet: Bacalar en Veracruz liggen echt heeeel erg ver uit elkaar. Van te voren werd er gezegd dat het een ritje van zo’n dertien uur (!) zou worden, maar uiteindelijk hadden we de pech dat we in een file belandden en dit zorgde voor zo’n vijf uur extra vertraging. Maar het was het waard. Want wat was het fijn om in Veracruz aan te komen! Sinds we sinds dag twee Puebla hadden verlaten, hadden we onze tijd voornamelijk alleen maar doorgebracht in kleine stadjes of dorpen. Allemaal prima, maar ik ben toch meer fan van de stad. Dus toen we uiteindelijk in Veracruz aankwamen en we weer in de pure grote stad waren, met veel lawaai, mensen en drukte, was dat echt een verademing. Verder staat Veracruz vooral bekend om zijn koffie keten La Parroquia, waar de meseros met ouderwetse kannen rondlopen om je een heerlijke lechero in te schenken, en daarnaast is er de drukke haven, waar 24/7 mannen in de weer zijn met de vele schepen en het opladen van goederen. Hier in Veracruz hebben we drie ontzettend leuke dagen gehad, met wandelingen op het strand, lecheros tot diep in de nacht en vele dansavonden op het centrale plein. Voorafgaand aan onze reis was het het plan om ook Nieuwjaar hier in Veracruz of in de kuststad Puerto Vallarta door te brengen, maar aangezien mijn Spaanse huisgenootjes allemaal blut waren (lekker goed voorbereid dus), moesten zij wel naar Guadalajara terugkeren. Mijn Franse huisgenootje en ik, die wel goed voorbereid waren en wel gewoon genoeg geld hadden, hadden hier erg weinig zin in maar het leek ons ook niks om met zijn tweeĂ«n achter te blijven en dus zijn we op 30 december allemaal naar Guadalajara teruggekeerd.
En dus werd het toen uiteindelijk toch Nieuwjaar in onze hometown in Jalisco. Zoals jullie weten heb ik totaal geen heimwee naar Nederland, maar ik moet eerlijk bekennen dat ik die nacht toch wel duizend keer liever in Utrecht op het dak van de Willem Schuylenburglaan had willen doorbrengen. Hier Nieuwjaar vieren is echt verschrikkelijk! Er zijn totaal geen feesten, aangezien het hier heel normaal is om de hele avond lekker thuis met je hele familie door te brengen en daar vervolgens de gehele nacht te blijven, en de feesten die er zijn, zijn echt hartstikke saai. En ja, jullie raden het al, wij waren dus op Ă©Ă©n van dat soort feesten. Ik kan er heel kort over zijn: het was echt heel saai. Ik heb nog nooit zo’n saaie jaarwisseling mee gemaakt, zelfs die ene mislukte Nieuwjaarsnacht in Waalhalla was nog beter (dat zegt denk ik genoeg).

De rest van 2015 is tot nu toe gelukkig beter verlopen dan die eerste uurtjes in de nacht van 1 januari. Ons contract in het huis van ConexiĂłn liep af en dus ben ik met twee huisgenootjes verhuisd naar een zeer schoon en mooi huis in de hipster wijk Chapultepec, waar het wemelt van de bars, straatmuzikanten en Starbucks. Aangezien mijn studie sinds december voorbij was, heb ik daar voornamelijk lekker gechilld en overdag genoten van de zon, muziek en koffie. Maar veel tijd heb ik daar nu ook niet doorgebracht, aangezien ik ontzettend veel op reis ben geweest.
Zo was het eind januari ein-de-lijk tijd voor het langverwachte weekje New York, wiehoee! Dat begon allemaal helemaal prima en uiteindelijk was het echt ontzettend leuk, hoewel ik overall echt heel veel pech heb gehad. Ik moet wel eerlijk bekennen dat ik ook niet zo top voorbereid was. Ik dacht elke keer ‘Ohh ik ga pas donderdag’, totdat het ineens woensdagmiddag was en ik nog geen enkele onderbroek had ingepakt. Dit leidde er uiteindelijk dus toe dat ik de oplader van mijn mobiel was vergeten en er niet aan had gedacht dat ik nog maar amper beltegoed had en dat ik dit niet op kon waarderen in Amerika. Dat was dus niet zo slim. Maar het grootste probleem werd uiteindelijk mijn creditcard. Een korte samenvatting: blijkbaar zat ik aan mijn limiet en daarna probeerde ik nog heel veel keren om toch geld op te nemen, waarna de Rabobank uiteindelijk besloot een veiligheidsblokkade in te stellen, aangezien het raar was dat ik zo vaak probeerde te pinnen in een ander land. En aangezien ze niet mijn Mexicaanse telefoonnummer hadden, maar alleen een oude uit Nederland, konden ze me ook niet bereiken. Gelukkig was ik met mijn huisgenootje en kon ik geld van hem lenen, maar het was echt een hele rare ervaring om bijna geen geld te hebben en over elke aankoop die je doet in de supermarkt te moeten nadenken. Wel een goede les denk ik zo. Maarja, uiteindelijk is het allemaal goed gekomen en waren dit after all wat kleine smetjes op een fantastische week in de Big Apple. Als trouwe CSI NY fan droomde ik er al jaren van om deze stad te bezoeken en in het echt te kunnen zien, en toen dit dus eenmaal werkelijkheid werd was dit echt geweldig. De onophoudelijke wervelstorm van gele taxi’s, een Starbucks op elke straathoek, het eeuwige geloei van sirenes, de torenhoge wolkenkrabbers en de nostalgische flatgebouwen (zoals we ze kennen van Friends) met de bekende trappetjes langs de gevel, aaaaah geweldig! Enige smet op deze fantastische stad was dan misschien toch wel het weer. Na een half jaar in Mexico waar het constant zo’n vijfentwintig graden of meer is, was de New Yorkse temperatuur die varieerde van min vijf tot min tien toch wel wat frisjes. Gelukkig had ik uit Guadalajara mijn muts en handschoenen meegenomen, en had ik een dikke jas kunnen lenen van een Mexicaanse vriendin, maar met mijn dunne Vans was ik toch wat minder goed voorbereid. Dit had vele bevroren tenen tot gevolg, die zich enkel ontdooiden wanneer we een museum, een Starbucks of een Dunkin Donuts in gingen om wat op te warmen.
Uiteindelijk hebben we te voet ontzettend veel kilometers afgelegd en zo de gehele stad gezien, waarbij toeristische trekpleisters zoals Wall Street, de Brooklyn Bridge, het Empire State en het Rockefeller, Times Square, M&M’s World, het Flatiron, het Metropolitan Museum of Modern Art en Central Park (en dan vergeet ik er nog heel veel) niet konden ontbreken. Het is echt heel tof om daar rond te lopen en bij alles te denken ‘Woo dit is net zoals in de films!’. Helemaal geweldig dus.
Maar de allerbeste belevenis was toch wel de nacht van dinsdag 27 op 28 januari. Zondagavond had ik afscheid genomen van mijn huisgenootje, die terug naar Spanje vertrok, en ik zou zelf nog een dagje in New York verblijven, waarna ik dinsdag rond de middag het vliegtuig terug naar Guadalajara zou nemen. Het verliep echter allemaal een tikje anders. The Blizzard of 2015 gooide roet in het eten. Door de grote sneeuwstorm die die maandagmiddag begon, terwijl ik in het MoMa schilderijen van Van Gogh, Klimt en Andy Warhol aan het bewonderen was, en vervolgens doorzette tot dinsdagochtend, was er zoveel sneeuw dat alle vluchten op elk vliegveld van New York geannuleerd waren. Om mijn vlucht te kunnen omboeken, had American Airlines mijn moeder gebeld met de boodschap dat ik zelf even naar hun moest bellen om de omboeking te kunnen regelen, maar ik had dus geen beltegoed en daarom besloot ik om zelf richting het vliegveld te gaan. Ik vertrok vanaf het hostel rond half tien ’s ochtends, toen men nog maar nauwelijks begonnen was met het sneeuwvrij maken van de straten, waardoor ik me met mijn Vans een weg moest banen door zo’n constante twee meter sneeuw. Het was ongeveer twintig minuten lopen naar een bushalte in de buurt vanwaar de bus naar het vliegveld vertrok, en onderweg kwam ik heel veel van die grote sneeuwschuivers tegen, precies zoals we ze kennen uit de film. Uiteindelijk kwam ik met kletsnatte Vans bij de bushalte aan en hoopte dat mijn bus, lijn M60, snel zou komen opdagen, maar de enige bussen die constant voorbij kwamen, waren bussen die zeiden “Geen dienst”. Op de hoek van de straat was een metrostation en dus vroeg ik aan de vrouw achter het loket of de bussen wel reden. De vrouw zei dat ze wel reden maar met een beetje vertraging. Vol goede moed besloot ik het dus nog een keer te proberen en keerde terug naar de bushalte. Zo’n twintig minuten laten kwam er een man voorbij met maar twee tanden in zijn mond en het bleek dat hij dezelfde bus als mij moest hebben, maar dat hij al sinds negen uur ’s ochtends aan het wachten was en deze nog steeds niet voorbij was gekomen. Op dat moment zonk de moed me een beetje in de schoenen en na nog tien minuten wachten, ging ik weer het metrostation binnen om aan de vrouw te vragen of er geen andere mogelijkheid was om naar het vliegveld te komen. De vrouw was erg aardig, ze legde me de weg via de metro uit (die wel een stuk ingewikkelder en tijdrovender was dan met de bus) en liet me ook nog eens gratis passeren. Anderhalf uur en heel veel overstappen per metro later kwam ik dan eindelijk aan op een metrostation in de wijk Queens, waar ik nog zo’n half uur op de bus naar het vliegveld moest wachten. Uiteindelijk kwam ik dus na bijna zo’n drie uur reizen aan op La Guardia, waar tot mijn grote schrik niemand van American Airlines te vinden was. Gelukkig was er wel een balie open van een andere vliegtuigmaatschappij en de man daar was heel aardig en legde me uit dat ik pas op zijn vroegst de volgende dag het vliegtuig zou kunnen nemen, en dat het heel waarschijnlijk was dat American Airlines me al had omgeboekt. Hij zei dat er misschien medewerkers van American Airlines rond een uur of zes ’s middags op zouden komen dagen, maar dat het slimmer was om even te bellen. Aangezien ik bijna geen batterij en al helemaal geen beltegoed meer had, koos ik er voor om dan maar een plekje te zoeken op het vliegveld, waar ik ontzettend veel bladzijdes heb gelezen uit het boek dat ik gelukkig bij me had. Ondertussen was er ook nog van alles te zien, aangezien er wel tien cameraploegen van allerlei verschillende Amerikaanse tv zenders rondliepen en zij de gehele dag bezig waren met live uitzendingen. Naast deze tv mensen was er niet heel veel loos op het vliegveld, de presentatrice van Fox News wist het treffend aan haar kijkers te vertellen toen zij stelde dat “La Guardia looked like a ghosttown”. Verder hield ik dus de gehele tijd de balie van American Airlines in de gaten, maar tevergeefs. Ik weet echt totaal niet meer hoe ik al die uren daar op dat vliegveld heb doorgebracht, maar op een gegeven moment was het al acht uur en de desks van American Airlines waren nog steeds verlaten. Toen werd het tijd om te beslissen wat te doen. Het was dus niet honderd procent zeker dat ik de volgende dag terug naar huis zou kunnen gaan, en met nog maar dertig dollar op zak en een creditcard die niet werkte zou ik het niet nog twee dagen kunnen redden, aangezien het hostel twintig dollar per nacht kostte en het vervoer er naartoe zo’n vijf dollar. Dus toen, na wat rondgevraag aan de medewerkers van de koffiebars op het vliegveld, besloot ik maar om op het vliegveld te blijven en de nacht daar door te brengen. En wat een ervaring was dat! Ik bevond me in een grote hal, met links en rechts wat winkels en koffiebars (die de gehele nacht open zouden blijven, dus dat gaf me wel wat rust), en naast enkelen gestrande toeristen voornamelijk heel veel zwervers, die binnen mogen blijven slapen aangezien het buiten ontzettend koud is. Met de tijd gingen er echter steeds meer toeristen weg, totdat ik uiteindelijk bijna alleen overbleef omringd door de zwervers. Dit was wel even slikken, maar aangezien de omringende winkeltjes open waren, voelde ik me toch wat veiliger. Uiteindelijk heb ik Ă©Ă©n uur met mijn hoofd op mijn linkerarm op de tafel geslapen, en Ă©Ă©n uur met mijn hoofd op de rechterarm. Een top nachtrust dus. Rond half vijf ’s ochtends liepen er steeds meer toeristen rond en besloot ik een poging te wagen en richting de balie van American Airlines te gaan. En wat was ik blij toen iedereen daar gewoon aan het werk was en een super chagrijnige vrouw me vertelde dat ik mee kon met de vlucht van half een ’s middags. Ondanks de zeer knusse overnachting zij aan zij de zwervers, miste ik Guadalajara en mijn vrienden heel erg en verlangde ik toch ook wel weer naar een warme douche en een schoon en comfortabel bed. Ik heb meteen ingecheckt en ging rond zes uur ’s ochtends al de gate in, waar ik nog een paar uurtjes op een bankje heb geslapen en daarna lekker heb ontbeten en koffie heb gedronken, aangezien ik dus nog dertig dollar over had en kon nemen wat ik wilde.

Na deze unieke ervaring in the Big Apple ben ik ongeveer een week daarna ook nog een weekje zelf op reis geweest door het Noorden van Mexico. En deze keer was ik een stuk beter voorbereid! En wauw, wat is Mexico toch mooi! Hier in het Noorden van Mexico zag ik echt het traditionele beeld wat wij in Europa van Mexico hebben, zoals de woestijn omgeving met ontelbare cactussen en mannen te paard met snorren en sombrero’s. Heel anders dus dan dat ik het gewend was in Guadalajara! In het Noorden ben ik van rechts naar links gereisd: de reis begon in het vliegtuig naar Monterrey, vervolgens nam ik de bus naar Chihuahua, sprong daar in de oude stoomtrein El Chepe, die zich een weg baande door de gehele Copper Canyon en uiteindelijk aan de westkust in Los Mochis aankwam, en vanuit hier ben ik met de bus nog naar de stad Culiacán geweest, alvorens ik weer richting mijn hometown Guadalajara vertrok. Op al deze plekken heb ik ook weer heel veel mooie dingen gezien, leuke dingen meegemaakt en interessante mensen ontmoet, maar dit is zooooo veel om allemaal te vertellen, dus als je het heel graag wilt weten allemaal, lijkt het me beter dat je me er naar vraagt als ik weer terug ben in Nederland. :)
Na dat weekje in het Noorden kwam ik dus op dinsdag 11 februari 's ochtends vroeg weer terug aan in Guadalajara, waar ik enkele dagen tijd had om mijn vrienden weer te zien, voordat ik met drie huisgenootjes op zaterdag met een reisorganisatie voor twee dagen naar MichoacĂĄn vertrok, naar La Mariposa Monarca, een natuurgebied waar het wemelt van de beroemde Monarca vlinder (heel typisch voor Mexico). Helaas was het hier nogal fris (zo'n 15 graden) en kwamen we er 's middags aan en dit zorgde ervoor dat de vlinders allemaal stil en levenloos in de bomen hingen en het er dus een stuk minder spectaculair uitzag dan dat ik het eerder een aantal keer in verschillende documentaires op tv had gezien. Desondanks was het zeker wel de moeite waard en nog steeds erg indrukwekkend om zoveel vlinders bij elkaar te zien.

Zondagavond kwamen we weer terug thuis aan in Guadalajara en betekende dit het begin van mijn laatste twee weken in deze fantastische stad. Vanaf dat moment heb ik elke dag en avond met een andere vriend(in) afgesproken en zijn we elke dag naar een andere bar of club geweest, zodat ik iedereen nog kon zien en nog naar mijn vaste kroegen kon gaan. En die twee weken zijn echt voorbij gevlogen. De 21e was het tijd voor mijn afscheidsfeestje bij ons thuis, wat resulteerde in een leuke, gezellige, dronken avond met alleen mijn beste vrienden, hoewel ik eerlijk gezegd toen van niemand echt afscheid heb genomen aangezien we elkaar die week er na nog wel een keer zagen. De laatste week was het dus tijd voor de laatste keer wat mezcales drinken in El Rey (hier waren we elke woensdag te vinden), de laatste keer naar discotheek La Santa (vaste prik op donderdag) en veel laatste avonden in Bar Americas (mijn lievelingsclub met alleen maar techno en de after voor elke dag). Op donderdag had ik nog wat vrienden uitgenodigd om te gaan eten in een typisch Mexicaans restaurant en was het tijd voor de eerste afscheidjes. Hoewel ik van te voren erg bang was dat hierbij de eerste traantjes zouden vloeien, hield ik het verrassend goed uit, en ook vrijdag, toen er wat meer afscheidjes op het programma stonden, heb ik geen enkele traan gelaten. Hier kwam zaterdag echter verandering in, toen het mijn allerlaatste dag in Guadalajara was, aangezien ik 's nachts in de bus naar MĂ©xico DF zou vertrekken om daar maandagavond het vliegtuig naar Santiago de Chile te nemen. Die zaterdag kwam het moment om afscheid te nemen van de allerbelangrijkste personen en dit was echt verschrikkelijk zwaar. Het is heel moeilijk om mensen met wie je zoveel tijd hebt doorgebracht en zoveel leuke dingen hebt gedaan en die echt ontzettend veel voor je betekenen gedag te zeggen zonder dat je weet wanneer je ze (en of je ze ĂŒberhaupt ooit nog een keer) weer terug zal zien. Dit resulteerde uiteindelijk dus in een ĂŒber rood gezicht, ontzettend dikke ogen alsof ik wel tien dagen niet had geslapen en verschrikkelijk schrale wangen. Uiteindelijk was het rond half 1 's nachts tijd om de bus in te gaan en Guadalajara voor onbepaalde tijd achter me te laten. Dat was ook wel heel moeilijk. Ik heb zo'n fantastische tijd gehad daar, sinds het eerste moment voelde ik me helemaal thuis in deze geweldige stad en heb het al die zeven maanden ontzettend naar me zin gehad, en eerlijk gezegd heb ik geen enkel moment echt heimwee gehad naar Nederland. Dus toen de bus uiteindelijk vertrok en steeds verder weg reed van de stad, terwijl ik door het raampje de stad steeds kleiner zag worden, had dat ook niet zo'n heel positieve invloed op mijn humeur. Gelukkig veranderde dit heel erg toen ik de volgende dag 's ochtends vroeg op het busstation in MĂ©xico DF werd opgewacht door mijn Japanse vriendin, die ik al sinds januari niet meer had gezien en nu in MĂ©xico DF woont en stage loopt. Het was heel fijn om haar weer na zoveel tijd te zien en samen te gaan shoppen, lekker te gaan eten en koffie te drinken. Daarna heb ik ook nog met een Mexicaanse vriendin en twee vrienden gemeet, dus dat was allemaal priem. Die twee daagjes in de hoofdstad vlogen dus ook ontzettend snel voorbij, en toen maandagavond was het tijd om Mexico dan echt te gaan verlaten. Samen met mijn Japanse vrienden en een Mexicaanse vriend zijn we naar het vliegveld gegaan, waar het inchecken ook nog best een gedoe was aangezien het bleek dat er bij mijn vlucht sprake van sobreventa was, wat wil zeggen dat er bijvoorbeeld 200 tickets zijn verkocht terwijl er maar 180 plaatsen zijn. Hierdoor konden ze mij dus geen plaats geven en moesten we tot elf uur wachten (het vliegtuig vertrok om twaalf uur) voordat ze me een plek konden geven en konden inchecken. Uiteindelijk werd het, na weer een lastig afscheid met mijn vrienden, dus nog even hollen naar de gate, waar iedereen al bijna in het vliegtuig zat en ik dus meteen kon doorlopen. Op het moment waarop we opstegen en het vliegtuig de lucht in ging, realiseerde ik me dat ik nu echt Mexico had verlaten en dit voelde echt heel gek. Gelukkig weet ik zeker dat dit niet de laatste keer was dat ik in dit geweldige land ben geweest, en ik kijk er nu al naar uit om snel weer terug te keren.

En nu ben ik dus in Chili! Op dit moment bevind ik me in het kleine stadje Valdivia, heb Santiago de Chile na enkele daagjes achter me gelaten en ben via Chillån verder naar het Zuiden getrokken, waar ik nog verder zal reizen richting het eiland Chiloé en Patagonië, alvorens ik weer terug zal keren naar de hoofdstad. De natuur is hier echt prachtig met lagunes, de Grote Oceaan aan de ene en het Andes gebergte aan de andere kant, vulkanen, valleien en gletsjers, terwijl de zon heerlijk schijnt en er op elke hoek van de straat een ijscoman te vinden is, ZAAAAAAAAAALIG dus!! Nog maar amper twee weekjes en ik ben weer in Nederland... Pfff ... Met elke dag die heerlijke 30 graden hier, ontzettend aardige mensen, 24/7 Spaans spreken en een vakantie van nu al ruim 3 maanden (sinds begin december) gaat dat toch wel ff ontzettend wennen worden om weer terug te keren in Nederland, waar 10 graden heel warm wordt gevonden en waar ik vanaf minuut één elke dag van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat in de UB te vinden zal zijn om aan mijn thesis te werken... Reden des te meer om nog even heeeel erg te genieten van mijn laatste daagjes hier.

Waar ik eerder vaak mijn blogs afsloot met een hasta luego, zeg ik nu: hasta MUY MUY pronto!!
Nos vemos en 11 dĂ­as guapos!!!

xxx

Reacties

Reacties

Anja

Alweer een verhaal om van te smullen, bijna jammer zelfs dat er - voorlopig - geen vervolg meer komt...

Adri

Toma y no llores ;)

John

Deze prachtige ervaringen zullen je altijd bijblijven toppie

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!